top of page

Verduurzamingsadvies niveau 2

Verdiepend onderzoek van alle kansrijke maatregelen 

Doel:              

Verdiepend inzicht verkrijgen in kansrijke verduurzamingsmaatregelen met hun consequenties voor monumentale waarden, besparings- en kostenindicaties. Er ontstaat een gedetailleerd beeld van de mogelijkheden. Men moet hiermee in staat zijn een goede afweging te maken voor uitvoering of een gericht onderzoek op adviesniveau 3. Met een verdiepend onderzoek heeft men voldoende gegevens beschikbaar om goed onderbouwde keuzes te maken. Bouwfysische consequenties moeten altijd wel voorafgaand aan de uitvoering worden onderzocht.

Werkwijze:     

De mogelijke maatregelen worden geïnventariseerd op basis van gedetailleerde visuele inspectie en beschikbare gebouwdossiers, zoals bouw- en installatietekeningen. Hierbij wordt rekening gehouden met de monumentale waarden op basis van een reeds beschikbare bouwhistorische verkenning of onderzoek, alsmede bij het bevoegd gezag (meestal de gemeente) beschikbare informatie over het monument. Indien onvoldoende gegevens beschikbaar zijn worden de monumentale waarden ingeschat door de adviseur. Energieverbruik, gebouwgebruik, gebouwfunctie, natuurlijke momenten voor de verduurzamingsmaatregelen (in relatie tot onderhoudsachterstand, gebreken en bestaande plannen) en de bouwfysische situatie worden meegenomen in de afweging of een maatregel kansrijk is. Voor kansrijke maatregelen wordt een indicatie gegeven van de daarmee potentieel te behalen besparingen, investeringskosten en terugverdientijden. Deze zijn gebaseerd op kengetallen gerelateerd aan gebouwspecifieke maten, aantallen en vermogens. Vervolgens wordt een advies gegeven over de inpasbaarheid van de maatregelen in het monument. Wijzigingen die beeldbepalend zijn kunnen een ontwerpvraag voor een architect opleveren. Daarbij betrekt de adviseur zowel de gevolgen voor de monumentale waarden als het gemeentelijke monumenten- en verduurzamingsbeleid (in relatie tot de vereiste omgevingsvergunning en de warmtetransitie).

 

Rapportage:   

In een verdiepend onderzoek worden onderstaande items opgenomen.

NB Indien voorafgaand geen globaal verkennend onderzoek (niveau 1) is uitgevoerd dienen ook de bij adviesniveau 1 behorende items in het advies meegenomen te worden.

  • veranderingsgeschiedenis (toegespitst op bouwkundige, bouwfysische en installatietechnische aspecten);

  • historische context (historische betekenis voor onder meer bouwgeschiedenis, architectuur, bouwtechniek, omgeving);

  • bestaande herbestemmings- en restauratieplannen in relatie tot verduurzaming en monumentale waarden;

  • beschrijven problemen met betrekking tot vocht en ventilatie;

  • huidige energieprestatie, afmetingen gebouw, oppervlakteverhoudingen, 

  • samenstelling van de gebouwschil per onderdeel, isolatiewaarden, warmtedoorgangscoëfficiënten en structurele omgevingsinvloeden op de energieprestatie (locatie, ligging, beschaduwing, windbelasting, regenbelasting, grond- en oppervlaktewater);

  • indicatie energieverliezen gebouwschil en leidingen;

  • relatie met gemeentelijke warmtetransitievisie en wijkuitvoeringsplan (WUP), 

  • indien deze beschikbaar zijn;

  • indicatie energiebesparingen en CO2-reductie (absolute waarden), investeringen en terugverdientijden van kansrijke maatregelen;

  • inhoudelijke onderbouwing kansrijke maatregelen rekening houdend met behoud van de monumentale waarden, milieuaspecten en voorkeuren van de eigenaar;

  • beschrijving isolatiemethode en opbouw van het isolatiepakket;

  • opgeven redenen waarom maatregelen niet kansrijk zijn in deze situatie;

  • beschrijving samenhang tussen maatregelen en consequenties voor de monumentale waarden;

  • toekomstige energieprestatie op basis van maatregelpakketten;

  • maatregelen toetsen aan vergunningplicht;

  • algemene en gebouwspecifieke aandachtspunten, specifieke instructies, randvoorwaarden en risicofactoren met betrekking tot (uitvoeringsdetails van) de geadviseerde maatregelen.

bottom of page